Kinderartsen worden geregeld geconfronteerd met (een vermoeden van) seksueel misbruik bij een kind. Het vaststellen dan wel uitsluiten van seksueel misbruik bij kinderen kent vele uitdagingen en vraagt om zorgvuldig onderzoek door artsen met voldoende expertise. Denk ook aan het inzetten van expertise vanuit andere disciplines, zoals forensisch medische expertise via een forensisch arts, onderzoek naar (en eventueel creëren van) veiligheid door Veilig Thuis (VT) of het consulteren van een infectioloog over de indicatie voor hiv-profylaxe. Het onderzoek naar seksueel misbruik kan alleen plaatsvinden via multidisciplinaire, veelal transmurale, samenwerking. Dit alles maakt de diagnostiek gecompliceerd.
Dit artikel bespreekt de belangrijkste aanbevelingen met betrekking tot de diagnostiek bij een vermoeden van seksueel misbruik bij kinderen, zoals uitgebreid beschreven in de recent gepubliceerde NVK-richtlijn Diagnostiek bij (een vermoeden van) seksueel misbruik bij kinderen.
Auteurs |
Vrolijk-Bosschaart, Drs. T.F.
Karst, Drs. W.A. Teeuw, Drs. A.H. |
---|---|
Rubriek | Vertaling richtlijn naar de algemene praktijk |
Publicatie | 7 maart 2017 |
Editie | Praktische Pediatrie - Jaargang 11 - editie 1 - Nummer 1 | Migranten en Global health |