Geaccrediteerde nascholing
Menu

Rode ogen, traanogen en ‘plakogen’

  • 00Inleiding
  • 01Het rode oog: anamnese/onderzoek
  • 02Het tranende, ‘niet-rode’ plakoog: epifora/dacryostenose
  • 03Dichtgeplakte, dikke, rode oogleden: cellulitis
  • 04Reacties (0)

Samenvatting

Het rode oog is een aandoening die vooral in de huisartsenpraktijk wordt gezien. Kinderen tot en met 11 jaar zijn verantwoordelijk voor 25% van deze consulten. Meestal gaat het rode oog vanzelf over, dus als de kinderarts deze aandoening tegenkomt, betreft het kinderen bij wie er meer aan de hand is.
De etiologie van een rood oog is divers. Het treedt vooral op door een infectie, allergie of een trauma (fysisch of chemisch), maar kan ook ontstaan bij auto-immuunaandoeningen. Het is van groot belang de oogleden en de traanwegen te betrekken in het onderzoek en de diagnostiek. Tranende en vuile ogen kunnen duiden op een dacryostenose en fors gezwollen rode oogleden zijn een uiting van cellulitis.

Log nu in om het volledige artikel te bekijken of om te reageren.

Abonneren

Informatie over dit artikel

Auteurs Copper, Drs. M.N.
Faber, Drs. J.T.H.N. de
Rubriek Vanuit de klacht
Accreditatie 1 accreditatiepunt
Publicatie 17 december 2014
Editie Praktische Pediatrie - Jaargang 8 - editie 4 - Nummer 4 | Leentjebuur en kleine kwalen

Leerdoelen

Na het bestuderen van dit artikel:

  • kunt u op grond van anamnese en onderzoek onderscheid maken tussen de meest voorkomende oorzaken van het rode oog;
  • bent u in staat bij deze aandoeningen een adequate behandeling in te stellen;
  • kent u de belangrijkste oorzaken en behandelopties van het tranende, niet-rode oog.