Geaccrediteerde nascholing
Menu

Hemolytische ziekte van de foetus en pasgeborene

  • 00Achtergrond van de aandoening
  • 01Bevolkingsonderzoek
  • 02Prenataal beleid
  • 03Postnataal beleid
  • 04Overige adviezen
  • 05Langetermijngevolgen
  • 06Tot slot
  • 07Reacties (3)

Samenvatting

De behandeling van zwangerschappen gecompliceerd door hemolyse als gevolg van irregulaire maternale antistoffen vergt een multidisciplinaire aanpak, zowel tijdens de zwangerschap als in de postnatale periode. Tijdens de zwangerschap worden de antistoftiter en de antibody-dependent cellular cytotoxicity (ADCC) in het serum van de moeder regelmatig gecontroleerd. Zwangerschappen met een reëel risico op hemolyse worden gemonitord met regelmatige prenatale echo’s. Bij tekenen van foetale anemie kan een intra-uteriene transfusie worden verricht. Postnataal richt het beleid zich op het voorkomen van complicaties van hyperbilirubinemie, door behandeling met intensieve fototherapie. Bij onvoldoende effect kunnen een of meer wisseltransfusies geïndiceerd zijn. De kinderarts moet alert zijn op het ontstaan van een late anemie als gevolg van continuerende hemolyse, waarvoor een of meer erytrocytentransfusies nodig kunnen zijn. Reguliere postnatale controle van het hemoglobinegehalte is daarom geïndiceerd tot drie maanden post partum.

Log nu in om het volledige artikel te bekijken of om te reageren.

Abonneren

Leerdoelen

Na het lezen van dit artikel:

  • kent u de meest voorkomende typen allo-immunisatie en de pathofysiologie van hemolytische ziekte van de foetus en pasgeborene (HZFP);
  • weet u wat de waarde is van de titer en de ADCC in de diagnostiek van HZFP;
  • kent u het prenatale diagnostische en therapeutische beleid bij HZFP;
  • kent u de postnatale behandelingen gericht op het voorkomen van kernicterus;
  • heeft u kennis van de postnatale complicaties die bij HZFP passen;
  • heeft u kennis van de langetermijnprognose van kinderen met HZFP.